Als CDA-kandidaat nummer 6 voor de Provinciale Staten maak ik me hard voor het MKB en de vrijetijdseconomie. In deze blog wil ik het hebben over onze bescheidenheid en welke invloed dat heeft op de werkgelegenheid.
Overijssel heeft zo ontzettend veel te bieden. Op het gebied van toerisme, als topwerklocatie en in de vrijetijd sector. “Hoe zo dan?” Een vraag die me vaak wordt gesteld als ik me weer eens in de Randstad bevind. Niet omdat men dat niet gelooft, maar omdat men het niet wéét. Ik begrijp wel waarom. We zijn veel te bescheiden. En met ‘we’ bedoel ik de Provincie. We laten te weinig zien wat voor moois we te bieden hebben en schreeuwen het niet van de daken zoals ze in het westen wel doen. Dat siert ons aan de ene kant. Aan de andere kant benutten we hiermee onze kansen niet volop. En dat is zonde.
We hebben een uitstekend vestigingsklimaat voor Nationale en Internationale bedrijven. Grote bedrijven zoals ijsproducent Ben & Jerry’s (het zit in de naam denk ik ;]), één van Europa’s grootste elektronicabedrijf Thales en het Zweedse Scania hebben de weg naar Overijssel al gevonden. En laten we onze eigen merken zoals Bolletje, Heutink, Zuivelhoeve, Johma, Vredestein en Grolsch vooral niet vergeten.
Niet alleen onze geografische ligging ten opzichte van Duitsland en Noord Nederland, maar ook de nuchtere mentaliteit, het prachtige decor van Overijssel met rust, ruimte en natuur en onze bruisende steden maken het een topregio. Een regio waar er nog zoiets bestaat als “noaberschap” ofwel omzien naar elkaar!
Ik wil dan ook, samen met het bedrijfsleven en de provincie, op zoek gaan nieuwe samenwerkingen op Nationaal en Internationaal niveau. Zodat theoretisch en wetenschappelijk geschoolden niet meer de noodzaak voelen om naar de Randstedelijke gebieden te trekken voor een traineeship of een startersfunctie. Maar dat ze in een omgeving kunnen werken waar men de juiste dynamiek vindt tussen wonen, werken en recreëren.